Drie dagen doorlopen (60 km)

Drie dagen doorlopen (60 km)

22 februari 2019 3 Door zussenopreis

Na zeven niet al te plezierige uren in een minibusje (het hele gangpad was volgestouwd met tassen en we kregen spontaan claustrofobie in dit koekblik) kwamen we aan op onze volgende bestemming: Kalaw. Kalaw is een schattig bergdorpje: we zagen er een grot volgepropt met boeddha’s en een leuke pagoda.

Grot vol boeddha’s + J

Optische illusie in de pagoda

Verder was Kalaw voor ons vooral het beginpunt van een driedaagse trekking (58 km) naar het Inle meer! We boekten de trekking bij Jungle King (een misleidende naam aangezien er geen jungle te vinden is in de omgeving) en meldden ons de volgende ochtend om onze groep te ontmoetten. We zouden drie dagen volledig op elkaar aangewezen zijn, dus hopelijk zaten er wat leuke mensen tussen.. Gelukkig bleek al snel dat we een gezellige en diverse groep vormden:

Een Italiaanse en Fransman die nauwelijks Engels spraken maar wel zichtbaar genoten, een vrolijke Indiër die maar al te graag over India praatte, een Belgische die iets té veel foto’s maakte en een geweldig Iers stel (Maeraid en Rob) dat wel van een drankje hield en goede vrienden van ons zijn geworden. Ook zat er (gelukkig maar) één Israeliër bij, die zich er van bewust was dat Israeliërs heel onbeleefd overkomen maar dat accepteerde en het daarom niet nodig vond zich aan te passen aan andere culturen. Raad wie wie is.

Onze gids was Mimi. Zoals bijna iedereen die op het platteland opgroeit, was ze na de basisschool op de familieboerderij gaan werken. In de zomer werkt ze nog steeds als boerin, in de winter als gids. Ze wist hierdoor echt alles over alle landbouwgebieden waar we doorheen trokken, liet ons tientallen planten en kruiden proeven, haalde met een grote lach een fles “happy water” (rijstwijn) tevoorschijn de tweede avond en vertelde van alles over het Birmese leven.

Mimi ! (rechts)

Onder Mimi’s leiding trokken we door prachtige heuvelachtige landschappen en kleine dorpjes. Voor ons een kans om het leven in de kleinere dorpen van dichtbij te zien. De rijkere families hadden huizen van baksteen, de rest van bamboe. Overal werden druk nieuwe bakstenen huizen gebouwd: de chili-oogst was duidelijk goed geweest.

Heel veel chilipepers. Uiteraard wilden we elke soort proberen, niet ’t beste idee.

Prachtige heuvelachtige landschappen

Prachtige heuvelachtige landschappen

De eerste nacht overnachtten we in een homestay in een klein dorpje, de tweede nacht in een klooster. Veel contact met de jonge monniken hebben we daar niet gehad, wij sliepen niet in het hoofdgebouw en aangezien monniken na de lunch niks meer mogen eten, zat ook een gezellig gemeenschappelijk diner er niet in.

Het klooster en onze Indiase vriend

We sliepen met onze groep op dunne matrassen op de grond, maar het lange wandelen zorgde er voor dat we als een blok in slaap vielen. De douche (emmer met water) vonden we te koud en skipten we daarom. Gelukkig konden we ons de volgende dag opfrissen in de rivier:

Was eigenlijk ook best fris maar wel heerlijk

Een ander hoogtepunt van de wandeling was het eten! Vers fruit, noodles, salades, curry’s met groenten uit de omgeving en plaatselijke snacks: mmm. Dat we in onze homestay toch wel iets luxer te eten kregen dan de inwoners van het dorp ontdekten we tijdens een ochtendwandeling. Terwijl er voor ons fruitsalades en guacamole werden bereid, ontbeten de lokale mensen met rijst en gekookte rode chillies..

Etenstijd

Voor het eten genieten van de zonsondergang met ons favoriete Ierse koppel

We waren een snelle groep. Misschien kwam dat ook omdat Mimi niet echt zin had om te wachten als er iemand (we noemen geen naam maar hij kwam uit Israël) een beetje achterliep. De derde dag kwamen we daarom al begin v.d. middag aan bij het meer. Er volgde nog een prachtig anderhalf uur durend boottochtje en toen was de trekking toch echt afgelopen. Moe maar voldaan namen we plaats op het dakterras van ons hostel waar we de rest van de dag niet meer afkwamen.