Tanger en Tétouan

Tanger en Tétouan

11 maart 2025 2 Door zussenopreis

Na onze tocht door het mistige Zeeland lieten we het frisse februariweer achter ons. Op naar Marokko – de winterdip te lijf! Een letterlijk en figuurlijk warm weerzien. Vijftien jaar geleden proefden we hier voor het eerst tajine, dat smaakte naar meer.

Tanger: de poort naar Afrika

In het uiterste noorden ligt Tanger (uitgesproken als Tangzjee) aan de middelandse zeeeeej, slechts 14 kilometer van Spanje. En dat merk je. De stad is een mix van Arabische, Berberse, Spaanse en Franse invloeden, in de architectuur (zie foto 3), het eten (zoals Franse salade Nicoise) en een interessante lokale taalmix.

Zo werden we vriendelijk de juiste richting op gestuurd met iets wat klonk als: “Vous êtes en el wrong ubrid, la plaza هناك.” We kwamen nog uit op de juiste plek ook, en antwoordden dankbaar in het Duits ‘Danke’! Opvallend was dat we zelfs in het Nederlands niet onopvallend konden roddelen – de vele Nederlandse Marokkanen (die een tijd in Nederland hadden gewoond, maar teruggekeerd waren, of gewoon op vakantie) konden gewoon meeluisteren.

Links: Lekker Levendig. Rechts: Lekkere Tajine
Het mooie deel van de markt. Foto’s van de kamelenkoppen en varkenspoten leken ons minder geschikt voor dit verslag.
De multiculti mix: witgekalkte muren komen uit de Andalusische traditie, blauwe deuren en trappen hebben Berberse invloeden, en kleurrijke mozaïektegels zijn typisch Arabisch.

J dacht gezellig reisgezelschap te hebben, maar M had geen tijd voor J want ze had een erg leuk boek om te lezen. En daarna nog een, en nog een, etc. Zo lazen we wat af deze vakantie, wat uitstekend kon in een van de vele cafeetjes.

Tanger staat bekend om de goede koffie (Franse erfenis?) die in de café’s geserveerd wordt. Ook de Marokkaanse muntthee is een begrip (Minty Marokko thuis komt niet eens in de buurt qua smaak). Tijdens een van onze vele thee- en koffiepauzes raakten we aan de praat met vriendelijke man, die 40 jaar in Nederland had gewoond. Hij had een fijne tijd gehad in Nederland, maar zag ook voordelen in wonen in Marokko ‘Hier hoeft niets. Je kan zonder problemen de hele dag lang op een terras zitten, een beetje koffie drinken en kletsen, zonder dat je door iemand raar wordt aangekeken’. Wij pasten ons probleemloos aan!

Tétouan: de witte duif

Tétouan staat bekend om haar goed bewaarde medina, die op de UNESCO Werelderfgoedlijst staat. Dit oude stadscentrum had een wirwar van smalle straatjes en een soort ‘dak’, waardoor we goed beschermd waren tegen de zon. Het handige navigatiesysteem op de tegels – dat bestond uit symbolen en kleurcodes – hielp ons niet veel verder op weg en we verdwaalden slechts tien keer.

Links: op een rustige plek in de Medina. Rechts: ontsnapt uit de medina op iemands dak.
De stad wordt vanwege de witte kleuren ook wel de witte duif genoemd. Zelfs de begraafplaats was grotendeels wit. We dachten bij de bekende Joodse begraafplaats te zijn, maar waren blijkbaar bij een Islamitische. Ergens anders is dus een hele interessante Joodse begraafplaats! Interessant, want hoewel Tétouan nu grotendeels moslim is, had de stad vroeger een aanzienlijke Joodse bevolking (die in 1492 tijdens de reconquista uit Spanje werden verdreven). Na de oprichting van Israel in 1948 verhuisden veel Joden daarheen. Misschien niet zo slim, want het lijkt in Marokko nu een stuk rustiger dan in Israel..

Spoiler voor de volgende blog: Na de witte duif, volgt ‘De blauwe Parel’